Naar inhoud springen

raden

Uit WikiWoordenboek
Versie door TvdmsBot (overleg | bijdragen) op 20 aug 2009 om 16:33 (Omzetting naar noun-pl, Replaced: '''{{pn}}''' {{p}})
  • ra·den
  • raden naar
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
raden
/'ra.də(n)/
raadde, ried
/'ra.də/, /rit/
geraden
ɣə'ra.də(n)
klasse 7 volledig semi-zwak

raden

  1. een gissing maken naar iets
    • Hij heeft mijn paswoord geraden. 
  2. een advies geven
    • Ik heb hem dat een aantal malen gezegd, maar hij was niet te raden. 

de radenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord raad