lamleggen
Uiterlijk
- lam·leg·gen
- samenstelling van lam bn en leggen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
lamleggen |
legde lam |
lamgelegd |
zwak -d | volledig |
lamleggen
- overgankelijk het functioneren van iets grondig verstoren
- Het treinverkeer werd grotendeels lamgelegd door de zware sneeuwval.
- ▸ De UM werd eind 2019 volledig lamgelegd door criminele hackers. Als gevolg van de aanval met de gijzelsoftware konden studenten, onderzoekers en andere medewerkers dagenlang onder meer niet e-mailen, beperkt gebruikmaken van het internet en hadden zij geen toegang tot bestanden op de servers van de universiteit.[1]
- Het woord lamleggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lamleggen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron “Universiteit Maastricht krijgt losgeld dat in 2019 na hack betaald werd terug” (02 juli 2022), NU.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %