rabbijns

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  rabbijns    (hulp, bestand)
• IPA: /rɑˈbɛins/

Woordafbreking

• rab·bijns

Woordherkomst en -opbouw

• Herkomst: Hebreeuws (vernederlandste vorm)

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	rabbijns	rabbijnser	rabbijnst
verbogen	rabbijnse	rabbijnsere	rabbijnste
partitief	rabbijns	rabbijnsers	-

Bijvoeglijk naamwoord

rabbijns

1. (Jiddisch-Hebreeuws) van de rabbijnen, horend tot de (traditie van) de rabbijnen

Verwante begrippen

• rabbinaal

Vertalingen

    1.   

Engels: rabbinical (en)

Gangbaarheid

• Het woord rabbijns staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rabbijns" herkend door:

63 %	van de Nederlanders;
61 %	van de Vlamingen.