vlot
- vlot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vlot | vlotten |
verkleinwoord | vlotje | vlotjes |
het vlot o
- een drijvende constructie
1. een drijvende constructie
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vlot | vlotter | vlotst |
verbogen | vlotte | vlottere | vlotste |
partitief | vlots | vlotters | - |
vlot
- gemakkelijk, eenvoudig, zonder veel problemen
1. gemakkelijk, eenvoudig, zonder veel problemen
vervoeging van |
---|
vlotten |
vlot
- Het woord vlot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vlot" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be