samenkoppeling
- sa·men·kop·pe·ling
- Naamwoord van handeling van samenkoppelen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | samenkoppeling | samenkoppelingen |
verkleinwoord | - | - |
de samenkoppeling v
- (taalkunde) vaste opeenvolging van woorden die door veelvuldig gebruik een begrip op zichzelf is geworden
- Een "staakt-het-vuren" of een "sta-in-de-weg" zijn samenkoppelingen, daarom worden zij met koppeltekens geschreven.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord samenkoppeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.