rijbewijs
- Geluid: rijbewijs (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrɛibəˌwɛis / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈrɛɪ̯bəˌʋɛɪ̯s/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈrɛːbəˌβ̞ɛːs/
- (Limburg): /ˈrɛɪ̯bəˌwɛɪ̯s/
- rij·be·wijs
- samenstelling van rij ww en bewijs
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rijbewijs | rijbewijzen |
verkleinwoord | rijbewijsje | rijbewijsjes |
het rijbewijs o
- (verkeer) een officieel document waarmee de bezitter bevoegd is om een motorvoertuig te besturen
- Hij geeft gisteren zijn rijbewijs gehaald.
- roze briefje
1. een officieel document waarmee de bezitter bevoegd is om een motorvoertuig te besturen
- Het woord rijbewijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rijbewijs" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Van het Nederlandse rijbewijs.
enkelvoud of impliciet meervoud |
expliciet meervoud |
---|---|
rijbewijs | rijbewijsnan |
rijbewijs
- rijbewijs
- «Si bo rijbewijs a caduca pa mas cu un aña caba, bo mester pasa un curso pa evalua bo capacidad pa stuur un vehiculo di motor.[2]»
- Als uw rijbewijs meer dan een jaar geleden verlopen is, moet u een cursus volgen om uw rijvaardigheid te evalueren.
- «Si bo rijbewijs a caduca pa mas cu un aña caba, bo mester pasa un curso pa evalua bo capacidad pa stuur un vehiculo di motor.[2]»
- Schrijfwijze op Bonaire en Curaçao: reibeweis.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- ↑ Renobacion di rijbewijs Aruba Gobernacion.