• plet·te·rij
enkelvoud meervoud
naamwoord pletterij pletterijen
verkleinwoord

de pletterijv

  1. (industrie) fabriek waar men een metaal walst (en zo metalen platen maakt)
  2. (industrie) fabriek waar men havervlokken maakt
69 % van de Nederlanders;
70 % van de Vlamingen.[2]