neteldieren
- Geluid: neteldieren (hulp, bestand)
- IPA: / ˈnetəlˌdirə(n) / (4 lettergrepen)
- ne·tel·die·ren
- neteldier zn met de uitgang -en
- [2] op te vatten als samenstelling van netel zn en dieren zn , een leenvertaling van Neolatijn cnidaria [1]
de neteldieren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord neteldier
- meervoudsvorm als officiële benaming (dieren) een stam Cnidaria , holtedieren met netelcellen die gif afscheiden om een prooi te verlammen
- ▸ De netelcellen van kwallen, anemonen en koralen zijn cellen met minuscule harpoentjes die deze neteldieren afschieten om prooidieren of vijanden te vergiftigen.[2]
- [2] dieren
- [2] zie de categorie: Neteldieren in het Nederlands
- [2] bloemdieren, hydroïdpoliepen, kubuskwallen, schijfkwallen
- Het woord neteldieren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Michiel van Nieuwstadt“Kwal dankt zijn wapen aan gen bacterie” (30 september 2008) op nrc.nl