• is·la·mi·tisch
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen islamitisch islamitischer
verbogen islamitische islamitischere
partitief islamitisch islamitischers -

islamitisch

  1. (religie) van, betreffende de islam
    • In het uiterste noorden van Irak hebben strijders van Islamitische Staat op zo'n grote schaal etnische zuiveringen gepleegd dat Amnesty International van met bloed doordrenkte Killing Fields spreekt. [1] 
     Het islamitische Haga Lyceum probeerde de publicatie van het uiterst kritische inspectierapport voor de zomer al te voorkomen, maar ook toen ving de school bot.[2]
99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[3]
  1. www.nu.nl
  2.   Weblink bron
    Tjerk Gaulthérie van Weezel en Rik Kuiper
    “Gerechtshof brandt vingers niet aan inspectierapport over Haga Lyceum” (24 december 2019), de Volkskrant
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be