erkentelijk
- Geluid: erkentelijk (hulp, bestand)
- IPA: /ˌɛrˈkɛn.tə.lək/
- er·ken·te·lijk
- Leenvertaling van Duits erkenntlich [1], in de betekenis van ‘dankbaar’ voor het eerst aangetroffen in 1626 [2]
- Naamwoord van handeling van erkennen met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | erkentelijk | erkentelijker | erkentelijkst |
verbogen | erkentelijke | erkentelijkere | erkentelijkste |
partitief | erkentelijks | erkentelijkers | - |
erkentelijk
- iemand dankbaar zijn omdat hij je geholpen heeft of iets goeds voor je gedaan heeft.
- Het erkentelijke volk richtte een standbeeld op voor de belangrijke leider.
- ▸ Ook dank aan Pascal Boogaert die minutieus het manuscript las. Zeer erkentelijk ben ik Fontaine Uitgevers, in het bijzonder directeur Martin Fontijn en managing uitgever Annemie Michels die in het boek geloofden en het samen met mij wilden uitgeven.[3]
1.
|
- Het woord erkentelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "erkentelijk" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ erkentelijk op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "erkentelijk" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be