enkelvoud meervoud
dome domes

dome

  1. (bouwkunde) koepel


vervoeging van
domar

dome

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van domar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van domar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van domar


  • do·me

dome

  1. vocatief enkelvoud van dům