barblad
- bar·blad
- samenstelling van bar zn en blad zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | barblad | barbladen |
verkleinwoord |
het barblad o
- bovenste horizontaal deel van een bar waarop o.a. de drankjes geserveerd worden door de barkeeper en waaraan de gasten zitten op barkrukken
- ▸ In elke beweging volgt ze hem, met haar korte pootjes heen en weer hupsend over het barblad of achter hem aan sluipend onder de barstoelen door.[1]
- Het woord 'barblad' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "barblad" herkend door:
60 % | van de Nederlanders; |
46 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Tom Kieft“Afscheidsfeestje voor cafépoes Poekie” (18 januari 2017,), Het Parool
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be