• au·to·cor·rec·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord autocorrectie autocorrecties
verkleinwoord

de autocorrectiev

  1. functie van een tekstverwerkingsprogramma die schrijffouten herkent en verbetert
     Duijts, zelf dyslectisch, heeft zelf vooral moeite met de d's en de t's. "Maar ook bij lange, ingewikkelde woorden. Dan ben ik heel blij met mijn autocorrectie, die helpt me de woorden dan goed schrijven."[1]
  1.   Weblink bron “2,5 miljoen laaggeletterden is 'een probleem van ons allemaal'” (Maandag 9 september 2019, 12:28), NOS