Maria Amalia van Oostenrijk (1746-1804)
Aartshertogin Maria Amalia van Oostenrijk (Wenen, 26 februari 1746 – Praag, 18 juni 1804) was aartshertogin van Oostenrijk en prinses van Hongarije en door haar huwelijk hertogin van Parma, Piacenza en Guastalla.
Maria Amalia | ||
---|---|---|
1746-1804 | ||
Hertogin van Parma | ||
Periode | 1769-1802 | |
Voorganger | Louise Elisabeth van Frankrijk | |
Opvolger | Camillo Borghese | |
Vader | Keizer Frans I Stefan | |
Moeder | Maria Theresia van Oostenrijk |
Jeugd
bewerkenZe was het achtste kind van keizer Frans I Stefanus van het Heilige Roomse Rijk en keizerin Maria Theresia. Ze werd opgevoed aan het Habsburgse hof in Wenen. Maria Amalia was in haar jeugd een erg populair en sociaal kind en werd als erg mooi beschouwd, maar ze groeide op in de schaduw van haar illustere broers en zusters. Haar moeder vergeleek Maria Amalia constant met haar oudere zusters, wat uiteindelijk resulteerde in een beschadigde relatie tussen moeder en dochter tijdens hun hele leven.
Toen Maria Amalia 22 jaar oud was, wilde ze trouwen met de jonge en knappe prins Karel II August van Palts-Zweibrücken, die vaak het Hof van Wenen bezocht en goed bekend was bij de keizerlijke familie, maar keizerin Maria Theresia en haar minister Kauntiz vonden beiden dat de prins van Zweibrücken geen goede partij was voor de aartshertogin. Prins Karel II van Palts-Zweibrücken verliet Wenen voorgoed. Tegen haar wil werd Maria Amalia verloofd en later uitgehuwelijkt aan Ferdinand, hertog van Parma (1751-1802), een kleinzoon van de Franse koning Lodewijk XV. Ferdinand was ook een kleinzoon van de Spaanse koning Filips V. Het huwelijk werd gesteund door de latere keizer Jozef II, wiens eerste vrouw de aantrekkelijke oudere zuster was van Ferdinand, Isabella van Parma. Haar man was zes jaar jonger dan Maria Amalia.
Het huwelijk van de aartshertogin met de hertog van Parma was een deel van de huwelijkscontracten die Maria Theresia maakte voor haar dochters. Later trouwde aartshertogin Maria Carolina met koning Ferdinand I der Beide Siciliën en trouwde aartshertogin Marie Antoinette met Lodewijk XVI van Frankrijk.
Hertogin van Parma
bewerkenOp 1 juli 1769 vertrok Maria Amalia naar haar toekomstige man, vergezeld door haar oudere broer keizer Jozef II. Ze trouwde met Ferdinand op 19 juli in het Chateau de Colorno. In Parma aangekomen, begon Maria Amalia zich te bemoeien met de politiek van het hertogdom, in het begin vooral gesteund en geadviseerd door haar moeder. De keizerin geloofde dat haar dochter actief hoorde te zijn in de politiek van Parma, maar alleen als steun aan Ferdinand. De hertogin nam haar moeders instructie buitengewoon serieus, en het Hof van Parma werd een kopie van Wenen.
Het Hof van Parma kreeg financiële steun en politieke bijstand van Frankrijk en Spanje. Na een tijdje overschaduwde Maria Amalia haar 18-jarige man compleet, en begon aan een schandalige manier van leven, alsmede verschillende liefdesaffaires met wie ze openlijk leefde. Op 21 april 1792 werd zij desondanks opgenomen als Dame in de Spaanse Maria-Luisa-Orde. Het gedrag van de hertogin schokte de Europese hoven, waarvan iedereen langzaam begon met het afbreken van de relatie met Parma. Maria Amalia ontsloeg Du Tillot, een minister die zich tegen haar keerde. Hij werd vervangen door een Spanjaard, José del Llano, die vooral door koning Karel III van Spanje werd aanbevolen.
Toen Napoleon Bonaparte Italië binnenviel vluchtte Maria Amalia met haar familie naar Oostenrijk, ze stierf op 18 juni 1804 te Praag.
Kinderen
bewerkenUit het huwelijk van Maria Amalia en Ferdinand werden negen kinderen geboren:
- Carolina (22 november 1770 - 1 maart 1804), trouwde met Maximiliaan van Saksen
- Lodewijk (5 juli 1773 - 27 mei 1803)
- Maria Antonieta (28 november 1774 - 20 februari 1841)
- Carlotta (7 september 1777 - 5 april 1813)
- Filips (22 mei 1783 - 2 juli 1786)
- Antonia Louisa (21 oktober 1784)
- Louisa Maria (17 april 1787 - 22 november 1789)
- Doodgeboren dochter (21 mei 1789)
- Doodgeboren zoon (21 mei 1789)
Kwartierstaat
bewerken Karel V van Lotharingen (1643-1690) | Eleonora van Oostenrijk (1653-1697) | Filips van Orléans (1640-1701) | Elisabeth Charlotte van de Palts (1652-1722) | Leopold I van Oostenrijk (1640-1705) | Eleonora van Palts-Neuburg (1655-1720) | Lodewijk Rudolf van Brunswijk-Wolfenbüttel (1671-1735) | Christine Luise van Öttingen (1671-1747) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Leopold I van Lotharingen (1679-1729) | Elisabeth Charlotte van Orléans (1676-1744) | Karel VI van Oostenrijk (1685-1740) | Elisabeth Christine van Brunswijk-Wolfenbüttel (1691-1750) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Frans I Stefan van Lotharingen (1708–1765) | Maria Theresia van Oostenrijk (1717-1780) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Keizer Jozef II (1741-1790) | Maria Amalia van Oostenrijk (1746-1804) | Keizer Leopold II (1747-1792) | Maria Carolina van Oostenrijk (1752-1814) | Ferdinand van Oostenrijk (1754-1806) | Marie Antoinette van Oostenrijk (1755-1793) | 8 zusters en 2 broers | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||