Standbeeld van André Kamperveen

standbeeld in Paramaribo, Suriname
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Ymnes (overleg | bijdragen) op 26 dec 2024 om 13:16. (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Infobox kunstvoorwerp | titel = Standbeeld van André Kamperveen | afbeelding = Standbeeld van André Kamperveen, 1.jpg | onderschrift = standbeeld, naar het kantoor van de SVB en met zicht op het André Kamperveenstadion | kunstenaar = Erwin de Vries | ontwerper = | atelier = | fabrikant = | jaar…')
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Het standbeeld van André Kamperveen staat aan de Letitia Vriesdelaan in Paramaribo, Suriname. Het staat rechts voor het hoofdkantoor van de Surinaamse Voetbal Bond (SVB), met op de achtergrond het André Kamperveenstadion.

Standbeeld van André Kamperveen
standbeeld, naar het kantoor van de SVB en met zicht op het André Kamperveenstadion
standbeeld, naar het kantoor van de SVB en met zicht op het André Kamperveenstadion
Kunstenaar Erwin de Vries
Jaar 2000
Huidige locatie Letitia Vriesdelaan, Paramaribo
Type standbeeld
Onderwerp André Kamperveen
Materiaal brons
Detailkaart
Standbeeld van André Kamperveen (Paramaribo)
Standbeeld van André Kamperveen
Portaal  Portaalicoon   Kunst & Cultuur
Suriname

André Kamerveen

André Kamperveen was onder meer journalist en eigenaar van het radiostation Ampie's Broadcasting Corporation Suriname (ABC). Zijn kritische journalistieke verslaglegging tijdens het militaire regime (1980-1987) werd zijn dood.[1]

Hij was veelzijdig op meer terreinen. Hij speelde in de jaren 1940 voor het Surinaamse voetbalelftal en studeerde in Nederland aan het CIOS, met specialisatie voetbal, judo en boksen. Hij speelde voor FC Haarlem als een van de eerste Surinamers op het hoogste Nederlandse niveau. Terug in Suriname werd hij bondscoach.[1] Later werd hij ook nog vicevoorzitter van de Concacaf, vicevoorzitter van de FIFA en oprichter en eerste president van de Caraïbische Voetbalunie.[2] Verder was hij een geslaagd zakenman[1] en bekleedde hij sinds de verkiezingen van 1969 een zetel van het PNP-blok in de Staten van Suriname.[3] Na de Sergeantencoup werd hij minister van Cultuur, Jeugd en Sport onder president Henk Chin A Sen. Medio 1982 nam hij ontslag uit onvrede uit de koers van de militairen.[2]

Executie

  Zie Decembermoorden voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In de nacht van 7 op 8 december 1982 werd hij door de militairen opgepakt. Het pand van ABC werd in brand gestoken, met inpandig de Moederbond, de krant De Vrije Stem en het radiostation Radika.[4]

De militairen dwongen hem de volgende dag om samen met Jozef Slagveer een verklaring af te leggen op de televisie. Ze vertonen sporen van marteling en werden gedwongen te verklaren dat ze een staatsgreep wilden plegen.[2] Vervolgens werden hij en de veertien andere critici geëxecuteerd. Hij was gewond aan zijn kaak en geraakt door achttien kogels in zijn borst.[1] In een valse verklaring brachten de militairen naar buiten dat de slachtoffers op de vlucht zouden zijn doodgeschoten.[2]

Onthulling

De onthulling van het standbeeld vond op 30 september 2000 plaats, door zijn zoon Johnny Kamperveen en de secretaris-generaal van de Concacaf, Harold Taylor. Vervolgens speelde de militaire kapel het volkslied, God zij met ons Suriname. Het bronzen beeld is gemaakt door Erwin de Vries. Kamperveen staat karakteristiek afgebeeld met de voetbal dicht bij zijn voet.[2]

Berechting

In 2007 werd gestart met de juridische vervolging van de daders (het 8 Decemberstrafproces).[2] Kenneth Kempes en Luciën Lewis kregen bij verstek 10 jaar gevangenisstraf opgelegd in 2019.[5] Zij raakten uit beeld en er werd geen opsporingsbevel uitgevaardigd.[6] In het laatste hoger beroep werden in december 2023 de volgende vonnissen uitgesproken: Desi Bouterse werd veroordeeld tot 20 jaar cel[7] Iwan Dijksteel, Stephanus Dendoe, Ernst Gefferie en Benny Brondenstein werden veroordeeld tot 15 jaar cel.[8] De laatste drie meldden zich op 12 januari 2024 bij de gevangenis van Santo Boma. Bouterse en Dijksteel vluchtten naar een schuiladres.[9] Bouterse overleed een jaar later, op 24 december 2024, op zijn schuiladres.[10]

Zie ook