Luigi Cadorna
Luigi Cadorna (Verbania, 4 september 1850 - Bordighera, 21 december 1928) was een Italiaanse veldmaarschalk, vooral beroemd omdat hij de opperbevelhebber van het Italiaanse leger was tijdens de eerste helft van de Eerste Wereldoorlog.
Luigi Cadorna | ||
---|---|---|
Land/zijde | Koninkrijk Italië | |
Onderdeel | Landmacht | |
Rang | Veldmaarschalk van Italië (Maresciallo d'Italia) | |
Eenheid | Italiaanse leger | |
Slagen/oorlogen | Eerste Wereldoorlog | |
Onderscheidingen | Orde van het Bad |
Vroege carrière
Hij werd geboren als de zoon van generaal Raffaele Cadorna in Verbania, Piemonte. Nadat hij dienst nam in het Italiaanse leger in 1866 werd hem in 1908 voor het eerst de positie van stafhoofd aangeboden. Dit weigerde hij vanwege de kwestie van politieke controle tijdens oorlogstijd. Deze positie werd hem in 1914 weer aangeboden bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Toen Italië in 1915 de kant van de geallieerden koos, had hij 36 infanteriedivisies bestaande uit 875.000 man ter beschikking. Er waren maar 120 moderne artillerie-eenheden.
Eerste Wereldoorlog
Cadorna lanceerde 4 offensieven in 1915 tegen de Centralen, allemaal aan de Isonzo. Het doel van deze offensieven was het veroveren van het fort in Gorizia. Dit zou doorgang verschaffen voor het leger naar Triëst of naar de Ljubljanapas. Alle 4 offensieven faalden, resulterend in 250.000 Italiaanse slachtoffers met zeer weinig resultaat. Cadorna zou uiteindelijk 11 slagen uitvechten aan de Isonzo tussen 1915 en 1917. Extra troepen werden opgesteld in Trente. Deze troepen vielen richting Rovereto, Trente en Bolzano, maar ook deze aanvallen faalden. Het terrein langs Isonzo en in de provincie Trente was volledig ongeschikt voor offensieven, het was een ruig bergachtig terrein, zonder ruimte voor manoeuvres. De historici beschrijven Cadorna als „martinet“ (martelwerktuig), onvoorzichtig met zijn troepen en met minachting van de politieke autoriteiten van zijn land. Tijdens de oorlog ontsloeg hij 217 generaals en tijdens de Slag bij Caporetto zou hij opdracht hebben gegeven tot executie van officieren wier troepen terugtrokken. Op 24 oktober 1917 brak een gecombineerd Oostenrijks-Hongaars/Duits leger door over de Isonzo Rivier bij Caporetto en tot 12 november was het opgerukt tot de Piave. Mede door dat Cadorna zijn troepen ver vooruit had opgesteld en niet in de diepte had verdedigd, liep het uit op een catastrofe. Het Italiaanse leger werd vernietigend verslagen en vluchtte, 275.000 soldaten gaven zich over. Cadorna werd hierna vervangen door generaal Armando Diaz.
Na de oorlog werd er een onderzoek gehouden door de Italiaanse regering naar het verlies bij Caporetto. Het werd gepubliceerd in 1919 en was uiterst kritisch voor Cardorna, op dat moment een bittere oude man, bezig met het schrijven van zijn memoires. Hij beweerde dat hij niets kon doen aan het verlies. Desondanks werd hij toch benoemd tot veldmaarschalk (Maresciallo d'Italia) in 1924 toen Benito Mussolini aan de macht kwam. Cadorna was berucht vanwege zijn extreem harde bevelvoering. Hij ging uit van de offensieve strategie. "We vallen aan. Uiteindelijk lopen we de vijand omver". Toen de Italiaanse soldaten in de loop van 1915/1916 merkten dat ze desondanks neergemaaid werden door de goed verschanste Oostenrijkse militairen, weet Cadorna dit aan 'gebrek aan discipline'. Hij voerde de 'decimering' in die hij kende uit de leerboeken over het Romeinse Rijk. Na een verloren offensief werden onwillekeurig één op de tien 'laffe' soldaten door de Carabinieri doodgeschoten. Ze kregen geen recht op de Laatste Sacramenten en een kerkelijke begrafenis. Rondom het Caporetto-offensief waren de strafmaatregelen binnen het Italiaanse leger op zijn ergst. "Het verkeerd neerzetten van een drinkbeker werd beschouwd als muiterij", aldus een soldaat. "Je werd meteen doodgeschoten door je eigen mannen". Toen de Centralen bij Caporetto doorbraken, gaven de Italianen zich en masse over.
Hoewel Cadorna door Mussolini benoemd werd tot Maarschalk, was men het er al snel na zijn congé over eens dat hij 'de slechtste bevelhebber aller tijden' was. De promotie door Mussolini was een doekje voor het bloeden. Heel Italië was en is van mening dat Cadorna het land meer kwaad dan goed gedaan heeft. Desalniettemin staat ook de huidige republiek Italië vierkant achter deze barbaarse man. In 1996 spanden nazaten van onschuldig gedecimeerde militairen een proces aan tegen de staat. Ze wilden eerherstel voor hun (over)grootvaders die dapper vochten, maar onterecht werden geëxecuteerd door eigen troepen. Er is een commissie gevormd onder voorzitterschap van president Napolitano die deze kwestie tot op de bodem uit zal zoeken. Tot op heden (2010) heeft deze groep nog geen definitieve conclusies kunnen trekken.
Groot-Brittannië eerde hem met de Orde van het Bad in 1915. Hij stierf in 1928 in Bordighera.
Referenties
- Keegan, John (1999). The First World War. Alfred A. Knopf, New York. ISBN 0-375-40052-4.
- Marshall, S. L. A.. The American Heritage History of World War I. American Heritage, New York.